<

Literair

Toen Dirk Kroon op vijftienjarige leeftijd zijn eerste gedichten had geschreven, zond hij deze ter beoordeling aan de destijds vermaarde literator Victor E. van Vriesland. Deze antwoordde dat hij geen oordeel gaf over ongepubliceerd werk, maar dat de jonge dichter maar eens langs moest komen, 'altijd na afspraak.' Vanaf de eerste ontvangst toonde Van Vriesland zich bereid, de gedichten uit te kiezen die hij publicabel achtte. Zo ontstond de basis voor het debuut in 1968, Materiaal voor morgen. De bundel was in 6 weken uitverkocht, maar tot herdruk en/of vervolg kwam het niet doordat de nieuwe redacteur van Meulenhoff de voorkeur gaf aan bevriende dichters. Het zou 4 jaar duren voordat de bundel Hutselen met het gras zou verschijnen in een nieuwe reeks Post Podium Post, onder redactie van Gerrit Borgers, Willem Hussem en Gerrit Kouwenaar. Aangezien de reeks na 2 jaar werd gestaakt en Dirk Kroon in die jaren veel schreef, volgden bundels bij diverse uitgeverijen. Zo bood Ad den Besten Dirks nieuwe werk tweemaal een plaats in diens reeks Seismogram. 

Intussen ontwikkelde de relatie met Victor E. van Vriesland zich van een literaire vader/zoon-relatie tot een grote vriendschap die zou duren tot Van Vrieslands dood in 1974.


In de werkkamer van Van Vriesland (op achtergrond buste Karel van de Woestijne)


Tijdens diens verjaardagen maakte hij kennis met de schrijverswereld. Later zou hij o.a. bevriend raken met de dichters Jozef Eijckmans en Maurits Mok. De toekomstige Lévi Weemoedt kende hij al van het Groen van Prinstererlyceum en was een studievriend in de Leidse tijd.

In gesprek met Jozef Eyckmans

 


Met I.J. van Wijk (alias Lévi Weemoedt) voor boekhandel Blackwell's in Oxford, zomer 1979


Feesten en literaire gesprekken waren er bij de vleet:


Ten huize van de Kroons bij verschijning van De getekende dag (1973).
V.l.n.r.: Erika Dedinszky, Nico Verhoeven, Ankie Peypers, Dirk, echtgenoot van Erika




Idem, v.l.n.r. Eldert Willems, Herbert Kroon, Steven Membrecht, Iny Nahuys, Marius Hoving (echtgenoot van Ankie Peypers)


Vanaf 1974 braken somberder tijden aan. Na Van Vriesland stierven Dirks moeder (1975) en vader (1976). Hij zou over zijn ouders de bundel Grondsporen (1978) schrijven. Het schrijven van die bundel plus gedichten voor de latere bundel De vogelvrouw (eerste versie 1977) hielpen hem door een periode van doodsangst en vervreemding heen.

De jonge dichter nam diverse literair-maatschappelijke taken op zich, waaronder:
- bestuurslid Stichting Fonds voor de Letteren (1973-1978)
- secretaris binnenland Nederlands PEN-centrum (1980-1981)
- lid Algemene Conferentie der Nederlandse Letteren (later: Taalunie) (1980-1983)
- redacteur tijdschrift Dimensie (1980-1982)
- literair redacteur uitgeverij Bzztôh (1983-1993)
- verzorger literaire workshops voor Stichting Kunstzinnige Vorming Rotterdam (?-1991) 
- redacteur Achterbergkroniek (1986-1991)

In deze periode schrijft hij ook essays, voornamelijk voor het tijdschrift Bzzlletin en recenseert hij poëzie voor o.a. Kultuurleven en Ons Erfdeel. Toen hij het lange gedicht Cheops van J.H. Leopold las en interpreteerde, vroeg hij zich af of zijn interpretatie overeenkwam met dat wat anderen hadden gezegd. Dit nagaan vergde veel tijd en moeite. Daarom begon hij in overleg met uitgever Phil Muysson voor Bzztôh een reeks boeken samen te stellen waarin hij alle interpretaties van beroemde gedichten (met name Cheops en Nijhoffs Awater en Het uur u) samenbracht. Compilatiewerken van uiteenlopende aard - waaronder 3 delen over Slauerhoff - zouden volgen (zie Bibliografie). Ze leidden herhaaldelijk tot nadere studies aan universiteit en elders.

Naarmate de jaren negentig naderden, ontstond een verminderde aandacht voor literair werk, uitgevers kregen het moeilijker en konden zeker geen dure secundaire literatuur meer op de markt brengen. Dit ontnam Dirk Kroon een belangrijk deel van zijn werk. Omdat hij geen zin had als vertaler zijn brood te verdienen, breidde hij zijn docentschap uit en moest de literatuur tijdelijk wijken. In februari 2006 kon hij die functie neerleggen en zich weer op de literatuur richten. Sindsdien verschenen de voor een groot publiek bedoelde bloemlezingen met gedichten: VlinderenBloemen, Verlangen en Liefdesmomenten. Bovendien schreef hij vier nieuwe dichtbundels: Getemd getij (2007), Bijna oud - gedichten van een babyboomer (2011) en Dagelijks despoot - de jaren van een babyboomer (2013) en Vergeefs verweer (2016), opgenomen in de thematische verzamelbundel Sterveling, de gedichten van eenbabyboomer. Voorjaar 2017 zijn bij uitgeverij Liverse de verzamelde gedichten verschenen onder de titel Op de hoogte van de vogels. Zijn verkenningen en overzichten van belangrijke Nederlandstalige dichters die 'de werkelijkheid' niet zomaar voor lief nemen, verschenen in juni 2015 in de forse verzamelbundel Is het werkelijk? Verkenningen van dichters (zie Essays).


Uitgever Henk Verweerd overhandigt het eerste exemplaar van Is het werkelijk?
juni 2015

 

Presentatie Op de hoogte van de vogels - verzamelde gedichten, 23 april 2017 boekhandel Donner.
Lévi Weemoedt is na zijn optreden 1 van de ongeveer 100 toehoorders